“Business for good en good for business kunnen hand in hand gaan - sterker nog moeten gaan”
Juryvoorzitter Boris van Nihom in gesprek met Reuben Alexander, juryvoorzitter van de nieuwe categorie Business for Good.
Steeds meer merken en bedrijven willen een positieve bijdrage leveren aan de maatschappij. Tegelijkertijd staan consumenten zeer kritisch tegenover ‘purpose-washing’. Hoe scheid jij het kaf van het koren?
“Eerst het goeie nieuws: Steeds meer bedrijven nemen hun verantwoordelijkheid om positieve impact op de wereld te maken. Dat is fijn. En logisch. Ik geloof er persoonlijk heilig in dat business for good en good for business hand in hand kunnen - sterker nog moeten gaan. Nog niet iedereen weet precies hoe dat moet. Dat zorgt soms dus ook voor purpose-washing. Daarom is het zinnig om (bij inzendingen) altijd even naar de kern van het merk terug te gaan. Dan blijkt vaak vrij snel hoe het met het DNA van het merk zit. En of het een flitsende marketingstunt of een duurzame verandering, -campagne of actie is. Soms is dat een dunne scheidslijn en daarom ben ik heel blij dat het gelukt is een bijzonder diverse-, vakkundige- én gezellige jury samen te stellen. Want er is niets leukers dan om met een open vizier met leuke vakgenoten inhoudelijk over het beste werk van Nederland te praten. Dus daar kijk ik rrrrreuze naar uit.”
Esprix gaat over creativiteit én effectiviteit. Wat betekent effectiviteit in jouw categorie? Alleen maatschappelijke impact, of ook business impact?
“De Esprix is een prachtige prijs, vind ik. Jaloersmakende impact. Vet. En zoals ik hierboven al zei, geloof ik dat business for good en good for business hand in hand moeten gaan. Dus in deze categorie staat business impact gelijk aan maatschappelijke impact. En vice versa. Dat zag je vorig jaar al bij een aantal cases in de categorie Do Good. Zoals bij IKEA met Bring Back Friday bijvoorbeeld, die niet alleen op spraakmakende wijze hun circular hub (omruilservice) introduceerde maar deze service ook voorgoed omarmde en implementeerde (ook internationaal). Om zo hun doelstellingen naar een circulair IKEA in 2030 nog meer uit te dragen. Of Omroep ZWART dat bewees hoe je een grass roots inclusieve Omroep bouwt. En tegelijkertijd ook nog eens 60.000 betalende leden wierf. En daarmee een vaste plek in het publieke omroepbestel veroverde. Over jaloersmakende impact gesproken.”
Wat zou wat jou betreft een goed voorbeeld zijn van case die zou moeten insturen?
“Als ik eerlijk ben ga ik me heel graag laten verrassen door wat er op ons af gaat komen. Maar ik zal een aantal merken noemen die ik goed bij deze categorie vind passen: Too Good To Go. Klabu. Just Diggit. Karma Kebab. Pieter Pot. Sheltersuit. LocalHeroes. Dick Moby. Fairphone. PATS! Ik ben benieuwd! 🍀”